zondag 29 september 2013

Peru for dieharddummies!

We hebben de week overleefd, dat is de eerste zin die spontaan in mij opkomt bij het maken van deze blogpost. Het klinkt simpel, maar helemaal opnieuw beginnen is dat verre van. Nieuw werk, nieuw land, nieuwe mensen. Een nieuwe start, do of don't I like it? Vrije tijd? Heb ik deze week niet gehad. Nieuwe start wil zeggen een hoop nieuw werk dat erbij komt kijken. Waar begin ik...

Nieuwe thuis:
Piura, het noorden van Peru! Ik zet er een kaartje bij zodat iedereen het kan situeren (links bovenaan, oranje, net onder de grens met Ecuador). Hier zit ik de komende 4 maanden! 


Deze keer wonen we niet in de instelling zelf, maar in een apart huis in de wijk genaamd Miraflores. In deze wijk is de middenklasse gevestigd, dus de huizen zien er vrij ok uit. Afstand tot het centrum? Een half uurtje wandelen ongeveer. Het huis waar ik woon ligt op wandelafstand van Tottus (Carrefour) en een bakker, dus er is altijd wel eten en drinken te vinden, wat wel handig is gezien het feit dat ik vanaf nu zelf moet koken. Ook de fitness ligt vlakbij, wat ook super is. Hét negatief feit aan het huis? Er is nergens warm water, enkel ijskoud. Een koude douche, we don't like...

Mijn straat! Een straat zonder asfalt, mijn huis is aan het einde van de straat, linkerkant:

Mijn ruimte? Ik heb een kamer met eigen badkamer en twee bedden, maar ben voorlopig alleen, dus veel plaats voor mijzelf. Ik woon ook niet meer alleen en ben ook niet meer de enige vrijwilliger: in hetzelfde huis wonen nog 6 andere meisjes, vrijwilligers die voor allemaal verschillende projecten werken. Gemiddelde leeftijd? 19. Dus ik ben het oudje van de bende! 

Nieuwe buurt: 
De luxe van Chili is voorbij: daar kon ik doen en laten wat ik wilde, niémand ging mij beroven. Hier is dat anders, Piura is een heel pak gevaarlijker en dus moet ik ook meer op mijn spullen gaan letten. Zo weinig buitenkomen met een handtas was het eerste wat ze tegen mij zeiden. Zo shorten met zakken in, soms komt dat dus zeer handig uit (hoewel een bh ook handig is op dat vlak, dat heb ik van de andere vrijwilligsters geleerd)! Ook zal ik iedere avond om 20h ten laatste 'thuis' zijn en als ik erna buitenga, is dat in taxi én met minimum één andere persoon bij mij. Beter voorkomen dan genezen zeggen ze!

Nieuw uitdagingen:
Een nieuwe job, altijd stresserend en dat geldt ook voor vrijwilligerswerk. Maandag aangekomen en woensdag begonnen met werken (dinsdag was een feestdag). Eigenlijk ben ik er zowat ingerold zonder dit goed en wel te beseffen. Gaby, de directrice, had een schema opgesteld: woensdag (manitos trabajando), donderdag en vrijdag (ludoteca's), zaterdag (la tortuga) en maandag (manitos creciendo). Ik garandeer je, deze week is voorbij gevlogen!

Ik ken de projecten en de kinderen nog niet zo heel goed, maar het begin is gemaakt. Korte uitleg: 
- Manitos trabajando: een project voor kinderen tussen 6 en 18 jaar. In Peru hebben ofwel voormiddag ofwel namiddag school. De tijd die ze niet op school zitten, zitten ze in de klassen van manitos trabajando. Wat doen ze hier? Ze bespreken actualiteit, maken samen schooltaken, zingen, dansen, maken muziek, doen aan sport, ...
- Manitos creciendo: een project dat zich fixeert op jongeren tussen 14 en 18 jaar. Ze proberen deze jongeren een vorming te geven zodat ze later een beroep kunnen uitoefenen of eventueel nog kunnen verder studeren aan een universiteit of hogeschool. Dit kan gaan over: kok, automecanicien, naaister, ... 
- Ludoteca en La Tortuga: in de barrio's wordt er een soort van speelplein georganiseerd. Wat is een barrio? Een nieuw dorp waar er geen stromend water, geen electriciteit en geen wegen zijn. In samenvatting: een zanderige vlakte met huizen. De kinderen komen niet in de stad en dus komt Canat naar hen toe. Op bepaalde dagen van de week doen ze speelplein waar vrijwilligers de kinderen animeren.
- ...: er zijn nog veel projecten die ik nog niet ken, dus de lijst zal zeker en vast nog uitgebreid worden!

Hoe was mijn eerste ervaring? Het is nog heel veel zoeken en ik weet in de helft van de tijd niet wat ik moet doen, maar we blijven zoeken. Ik heb geprobeerd om met zoveel mogelijk kinderen te praten en ze te leren kennen, maar ik ben voorlopig nog een vreemde voor hen. In Manitos Trabajando ben ik drie dagen geweest (hoewel Gaby zei dat ik maar 1 dag moest gaan) en daar heb ik drie dagen in de klas van de 11-14 jarigen geholpen met taken, lezen, ... Engels, wiskunde, taal, de sky is the limit! But we are loving it!

Nieuwe homies:
Maandag aangekomen en maandag begonnen met socializen, dat moet je kunnen. Op de luchthaven van Piura werd ik afgehaald door Gaby, de directrice van Canat. Vanaf het moment dat we in de taxi zaten, begon ze al te babbelen over de planning die ze voor ogen had voor mij. Kwestie van er meteen in te vliegen! Uiteindelijk ben ik die dag nog gaan lunchen met haar, heb ik minstens 20 mensen leren kennen én ben ik de dag geëindigd in een protestactie tegen vrouwenmishandeling. Diehardintroductie! Ik geef toe, ik was stikop die dag, maar het was een uitstekend begin. Die dag heb ik ook Guido leren kennen, een vriend van Gaby die mij de dag erna meegenomen heeft naar Paita, een stad op een uurtje van hier waar juist de dinsdag een heilige gevierd werd (groot feest dus!). Dus dinsdag ben ik dan naar Paita gegaan, hele dag opgetrokken en gebabbeld met een gast die ik de dag voordien 2 minuten had gezien. Socializen: diehardversie, opnieuw!

De rest van de week heb ik opgetrokken met de werknemers van Canat, maar vooral met de andere vrijwilligers. Vooral Duitsers, die dan ook Duits praten (versta ik nog wel), maar ook Spaans (wat ik iéts gemakkelijker versta). Zo ben ik te vrijdag de plaatselijke café's gaan ontdekken met een paar en ben ik vandaag naar Catacaos geweest met dezelfde mensen. In Catacaos was het eetfestival, een festival waar je voor een klein prijsje alle typische gerechten van Peru kon proeven. Dat werd natuurlijk gemengd met de nodige artesania. Shoppen en eten, toch de ideale combo? 

Dit type van vaas is typisch voor Catacaos:
De cueca van Peru:
Mijn nieuwe aankoop: een echte zilveren ring voor amper 12 soles (3 euro) (Catacaos is bekend voor zijn puur zilver):

















Ik moet wel toegeven: de nieuweling zijn, echt niet fijn. De andere vrijwilligers zijn hier al veel langer en kennen elkaar al heel goed. Maar je zal mij geen negatief woord horen zeggen over hen, want ze doen echt wel veel moeite om mij erbij te betrekken: ze nodigen mij telkens uit als ze weggaan, we gaan samen naar het werk, ze geven mij tips, ... Dus een warm onthaal! Wat ik meer en meer besef is dat je als vrijwilliger een serieus zelfvertrouwen moet hebben. Gemakkelijk is het om je op te sluiten op je kamer en met niemand te babbelen. Lef vraagt het om mensen te leren kennen, zeker geen evidentie! Al zeg ik het zelf, ik vind dat ik dat niet slecht doe. Go me! 

Nieuwe hottietijd:
Lente en 28°? Welkom in de wereld van het tropisch klimaat! We zijn hier momenteel in de lente en in België wilt dat zeggen dat je warme en minder warme dagen hebt. In Piura wilt dat zeggen dat je hete dagen hebt en frisse nachten. Met heet bedoel ik 28° ongeveer, kleedjes- en shortweer dus! Denkende dat we nu nog maar lente zijn, ben ik eens benieuwd wat de zomer gaat geven. Bruleren!

Voor de vrouwen/meisjes onder ons die onder hottie iets anders verstaan: kleine Peruaantjes met de massa's. Een snelle eerste evaluatie? Zo lelijk zijn ze niet, er is wel degelijk potentieel! Peruanen zijn bruin (jam!), met een bierbuikje ofwel superafgetraind (twee extremen) en ... klein (ik ben een reuzin vergeleken met hen.). Ik heb wel de indruk dat de jongeren groter zijn; Vooral de 30+ is klein. Aantrekkelijk? Ja zeker! Tot nu toe hebben ze maar één bijzonder negatieve eigenschap: je kan als vrouw geen 5 cm over straat lopen zonder nagefloten, nagezoend en nagestaard te worden. Een compliment? Ja, maar niet als dit constant gebeurd. Een aanpassing tov Chili: hier gebeurde dat ook, maar heel weinig vergeleken met in Peru. Belgen zijn toch subtieler op dat vlak...

zondag 22 september 2013

Flight Iberia to Madrid: boarding!

Ja, het is zover, luchthaventijd! Ondertussen is het 19uur en zit mijn broer hopelijk bij zijn gate te wachten om te kunnen boarden. Wat met mij? Ik zit in de inkomhal van de luchthaven te wachten tot 05.45, want dan is mijn vlucht. Lang? Jup, maar ik heb al een dik half uur erover gedaan een stopcontact te vinden, dus vaart zal er wel achter zitten. Plus: het ideale moment om blog en dergelijke te updaten! Dus muziek in de oren en maar typen!

Het laatste verslag ging tot Puno en de magische carnavalparade. Dus laten we van daaruit opnieuw starten, beginnende met de tocht naar Cuzco!

Wat hebben die mensen toch met trappen?

Cuzco zelf is een ongelooflijk grote stad, de hoofdstad van Peru ten tijde van het Incarijk. Omdat ik het niet zo heb op grote steden, had ik hier bewust niet veel tijd voorzien. Eén volledige dag hebben we hier gezeten, perfect om de Valle Sagrado (Heilige vallei) te doen! Deze noemt zo omwille van de vruchtbaarheid van het land, niet omwille van goud en andere schatten. 

Op de planning: Pisac en Ollantaytambo! Trappen en nog meer trappen, dat is de samenvatting van de dag. Allemaal mooi, die terrassen, totdat je naar de woningen moet klimmen, dan is je goesting snel over. Eigenlijk slimme mensen, die Inca's. Ze bouwden terrassen op vruchtbare plaatsen waar niémand anders kwam (wié denkt er nu aan landbouw op een berg?) en bovenaan bouwden ze hun woningen zodat ze alles altijd heel goed in het oog konden houden. Slimme boerkes!


 Zo schattig! 

Oh, in Ollantaytambo stond bovenaan al die trappen een zonnetempel. Stenen van een aantal ton die eeuwen geleden met pure mankracht naar boven werden gebracht. Wie doet hen dat nu nog na? De blokken van de tempel waren trouwens perfect recht en de blokken pasten perfect in elkaar. Ook een kunst zonder al die werktuigen die wij vandaag hebben. Oh nog iets, wist je dat in de aardbevingen doorheen de jaren enkel de Incagebouwen bleven rechtstaan? Alle Incagebouwen staan immers 5° meer naar het Noorden gericht zodat ze aardbevingbestendig zijn. Ik zeg het je, slimme mensen!

All the way to the top!
Toch een hele rit naar beneden!
Op dat bovenste puntje hebben we gestaan!

Hoe meer ik over de Inca's hoor, hoe meer de cultuur mij interesseert. Al die jaren unief komen eindelijk tot leven en geloof mij, dat werd tijd. Die mensen hadden in hun tijd een ongelooflijke wijsheid, een wijsheid die wij vandaag hen niet kunnen nadoen. Niets dan respect! Aan het einde van de dag had ik maar één conclusie en dat was dat de Inca's een onberispelijke conditie moeten gehad hebben. De hoeveelheid trappen die je moet doen om de Incamonumenten te bezoeken... Conditie!

Nog meer trappen...

Machu Picchu, één van de zeven wereldwonderen. Awel, ik kan dat bevestigen: magisch is die plaats. Een pijnlijk moment dat ik nooit nog ga vergeten!

Via vrienden had ik vernomen dat de berg naast Machu Picchu absoluut de moeite waard was te beklimmen, dat het uitzicht van daaruit prachtig was. 200 meter klimmen, hoé moeilijk kon het zijn? Dat was mijn gedacht aan de ingangspoort. Awel, dat is moéilijk! De mensen die mij kennen weten dat ik gewrichtsproblemen heb, dus een gewone trap oplopen doet al pijn. Gooi daar meer als 700 ongelijke trappen gemaakt van stenen van en je hebt een ware marteling. Erwin heb ik nog nét niet vervloekt in de tocht naar boven. We hebben er even over gedaan maar ik kan met trots zeggen dat ik van die dag 3e ben aangekomen bovenaan op de rotsen. Een ware triomf!

Om half 5 opgestaan om op tijd de bus te nemen!


Aan de ingang van een volledig leeg Machu Picchu!


 Richting de top van de Huayna Picchu: tussen het zweten en de tranen toch nog foto's trekken, diehard!



Eindelijk, de top!


Personal victory! 

 Eenmaal boven aangekomen en de nodige foto's genomen, begon de afdaling, een makkie dachten we. Niét dus... Op de terugtocht kon je op geen enkel moment je voeten recht op een trap zetten, zo klein waren ze en voeg daar nog bij dat geen enkele trede dezelfde hoogte had. Het was een avontuur, zoveel is zeker.

Na een goed uur kwamen we terug beneden aan en waren we helemaal klaar voor het bezoek aan Machu Picchu. De vraag was of we dat met gids gingen doen. Uiteindelijk hebben we dat niet gedaan, waarom niet? Alle gidsen gaan helemaal naar de top van Machu Picchu om hun uitleg te doen en die trappen zagen we niet meer zitten. Lach er maar mee, maar elke trap, hoe klein ook, was er op dat moment teveel aan. Zo moe waren we... Dus hebben we nog wat rondgelopen en hebben we uiteindelijk de bus terug naar beneden genomen.



Die namiddag hebben we nog de trein teruggenomen naar Cuzco, een treinrit die bijzonder kort was gezien we beide aan het slapen waren tijdens de volledige treinrit.

Wat een klucht!

Op naar Nazca, volgende uitdaging! Met de nachtbus kwamen we om 06.00 aan in Nazca en we zouden afgehaald worden door het agentschap. Dat was de grappigste autorit ooit. De man kom gans trots en met een megasmile aangelopen met een bordje Ina Ingeborg. We stappen in de auto en beginnen aan de rit … die 1 minuut later eindigde. Supergrappig! Het reisbureau was recht tegenover de bushalte. Erwin en ik keken elkaar raar aan en de man zei droog: afhalen van het busstation is part of our service. Hilarisch! Dan de vlucht over de Nazcalijnen: een ramp! Een klein vliegtuig waarin het niet warm is, maar héét! Combineer met dat enorme turbulentie en een vliegtuig dat de hele tijd naar links en rechts kantelt en je hebt een kleine hel. Het blad met de figuren op werd gebruikt als waaier om deze vlucht te overleven. Dan de afbeeldingen, een bummer van jewelste: zo klein dat je ze haast niet ziet. Echt, wat een klucht! Doe ik echt geen tweede keer.

Like a pro!

Pisco and more pisco!

Die avond: Ica! Een klein dorpje met heel weinig dingen om te doen, toch genoeg om het te bezoeken. Op naar Laguna Huacachina en El Catador. Laguna Huacachina is een oase in the middle of nowhere. Mooi om te zien, net zoals in de films! Maar gezien deze laguna heel klein is, ben je er ook snel uitgekeken.


 El Catador? Een piscobrouwerij. Toch een lekker drankje, die Pisco Sour, de Pisco zelf blijft niet te zuipen. Sorry, maar 40%  alcohol is teveel voor mij. Toch interessant om te weten hoe het precies gemaakt wordt! Weeral wat bijgeleerd!


Shit, letterlijk!

Voorlaatste stop, Paracas! Een klein kustdorpje waar we een jeugdherberg hadden voor enkel 11 euro, spotgoedkoop, maar zooo goed! We konden eindelijk nog eens zelf koken en geloof mij, na zoveel restaurants wil je wel eens weten wat er in je eten zit. Nog iets leuk: er liep een klein katje rond, deed mij denken aan Fleur, onze eigen kat. Echt superschattig! Maar ik heb wel gehoord dat Fleur stouter aan het worden is, de strenge hand van de bazin ontbreekt, dat zie je. Dus vanaf februari 2014: watch out, Fleur! Want ik sta dat gedrag niet toe! In Paracas hebben we de Islas Ballestas en la Reserva Nacional gedaan. De Islas? Een hoop crap, letterlijk! Gigantisch veel vogels die overal op schijten en natuurlijk uberschattige lobos marinos of zeehonden. Hoe kan je eraan weerstaan?


















Dan op naar de laatste stop: Lima! Wat een shitstad, dat je de conclusie. Hier kan ik echt niets goed over vertellen want ik heb er niets goed over gezien. We zaten in een slechte buurt, superver van het centrum en ik heb mijn geen seconde veilig gevoeld in Lima centrum. Dus absoluut geen aanrader. Het hoogtepunt voor Erwin? Het Hard Rock café! Na 2 uur in een bus te zitten hadden we het gevonden en geloof mij, in een bus zitten in Lima is een uitdaging! Maar het was de moeite waard: Erwin heeft de hele dag met een grote smile rondgelopen omwille van zijn stoere pet! Hij heeft trouwens een hele collectie petten nu, een pet van iedere grote stad die we hebben bezocht! Supertrots is hij erop!


All by myself…

Terug helemaal alleen. Een aantal uren geleden heb ik Erwin op het vliegtuig gezet en dat was toch confronterend. Je hebt een maand samen gereisd en dan denk je nooit na bij een afscheid. Buiten het feit dat ik hem de komende vijf maanden niet ga zien, kwam er ook een gevoel van jaloezie bij kijken. Hij is morgen thuis, ziet Len, mama en Sophie en dat is toch wel even slikken. Positieve jaloezie, want uiteindelijk staat er mij hier nog meer als 5 maanden avontuur te wachten, iets waar ik enorm naar uitkijk! Morgenvroeg komt de directrice van de NGO mij afhalen aan de luchthaven en mag ik meteen aan de slag. Een nieuw avontuur dat start!

Ohja, nog iets: als ik met Peruanen spreek, zeggen ze vrijwel allemaal dat ik een Chileens accent heb. Wat een groot compliment! Mijn wangetjes kleuren telkens rood als ze mij dit zeggen, niet van schaamte, maar dat ik mij stiekem wel vereerd voel! In het begin heeft het Spaans mij veel energie gekost, maar nu gaat dit allemaal heel vlotjes!

donderdag 19 september 2013

And the story continues!

Waar was ik gebleven de vorige keer? Geloof mij, het klinkt simpel, overdag reizen en ’s avonds iedereen mailen dat alles in orde is. Laat 1 ding duidelijk zijn als je reist: die tijd hebt je niet en als je tijd hebt, dan kruip je vrijwel meteen je bed in.

Hoe ziet een normale dag eruit voor Erwin en mij? We staan om rond 5 uur, half 6 (je leest het goed: vroég!) omdat de meeste tours al starten om half 7. De tours duren meestal de hele dag, tot een uur of 18 uur. Daarna douchen we beide en vertrekken we richting avondeten. Vaak moet ik mijzelf al uit bed slepen om te gaan avondeten, want eenmaal je gaat zitten, ben je verloren qua energie! Na het avondeten gaan we richting hostel en meteen richting bed. Erwin valt vrijwel meteen in slaap en ik probeer thuis nog wat te informeren, maar na een tiental minuten vallen ook mijn ogen dicht. Veel tijd blijft er niet over om dan te mailen en te facebooken, geef toe?!

Wat hebben we nog gedaan en beleefd?

De condor, de nationale vogel van Chili en Peru. Onmogelijk om dit niet te weten! Want overal kom je deze tegen. Het is dan ook ondenkbaar dat je de Cañon del Colca niet doet, dé plaats om de condors te gaan bekijken. Een vallei die 1200 meter diep is en waarin geduld beloond wordt door het aanschouwen van vogels van wel 3 meter groot! Machtig!

Links: de canyon, 1200 meter diep!


Ohja, op de vooravond van de condors zijn we naar thermen geweest in Chivay. Ik dacht: pokkekoud en ik moet in bikini hier buiten gaan zitten: bevriezen! Eenmaal in het zwembad, ben ik er na 15 minuten uit miserie terug uitgekropen… Toch warm, zo thermale baden! Maar in combinatie met een pisco sour, één geslaagde avond!


De beelden in Chivay, check vooral de hoed uit! Hip!

Met de 4am-express zijn we van Chivay naar Puno gegaan. Deze bus is geen gewone bus, maar een toeristenbus. Dit wil zeggen dat de bus stops onderweg maakt ipv meteen naar eindbestemming te gaan. Is mij dat een klucht! Serieus af te raden! De bus is 2 keer gestopt: 1 keer om naar het toilet te gaan en de tweede keer bij een meer. Ivm stop 2: denk dat de ijspegels nog net niet aan mijn neus hingen dus uit miserie kroop je na 1 minuut buiten terug in de bus. Dan stond er op de folder dat er ook foto’s van flaminco’s konden gemaakt worden. Niet dus want de chauffeur weigerde te stoppen omdat het verkeer te gevaarlijk was. Veel geld voor niets!

Puno is een gigantisch groot ding (of dit lijkt zo). In de hostel aangekomen verwacht je meestal een vriendelijk welkom, maar dat was hier niet het geval. Ieder woord dat de man moest zeggen tegen mij, was een woord teveel en dan praatte hij ook nog zo stil dat ik er niets van verstond. Het grappige? Ik vroeg naar een kaart en plaatsen die ’s avonds niet gevaarlijk waren: we moesten ons beperken tot de hoofdstraat! Al de rest was off limit. Denkende dat Puno een gigantisch grote stad is, is dat best wel grappig te horen. Maar met Erwin erbij, geen enkel probleem! Voordeel aan groot, breed en man zijn!

De volgende dag stond er geen tour gepland. Eindelijk want ik was de tours wel beu! We wilden Sillustani zelf bezoeken, hoe moeilijk kon dit zijn? Nu, blijkbaar heel moeilijk dus hebben we maar een tour geboekt. 10 euro per persoon en als we het op eigen houtje zouden doen zou ons dat meer als het dubbele kosten. Toch niet logisch? Wat is Sillustani? Peru is het land waar de Inca’s gevestigd waren. Sillustani is de naam van een plaats met massa’s (pre-)incagraven. Prachtig om te zien, maar nog beter om er effectief iets van te leren! Dus mijn leerlingen zullen er zeker nog van horen!

 Een hoop stenen? Nop! Graven!


Dan hét ding dat je in Puno moet doen: het titicacameer, het hoogst bevaarbare meer ter wereld! Hoog, zoveel is zeker. De trappen oplopen zorgt er al voor dat je volledig buiten adem bent en nee, mijn conditie is niet zo slecht, nogmaals, de hoogte, je zit op 3800 meter! We hebben Uros en Taquile bezocht. Uros was subliem! Innieminiekleine eilanden met hoop en al 6 huisjes op die drijven op riet. Daarna naar Taquile, afzien! Heel mooi, eilanden bezoeken, maar wat de gidsen dan pas om het einde zeggen is dat je eerst 400 meter stijl omhoog moet gaan om tot het centrum van het dorpje te geraken. Combineer dat met een hoogte van 4000 meter en je hebt een uitdaging! Voor iemand met gewrichtsproblemen zoals ik is dat ronduit een marteling. Maar met een flesje water en veel doorzettingsvermogen ben ik boven geraakt (zelfs zonder Erwin te vervloeken deze keer). Een lekker forelletje gegeten, genoten van het landschap en daarna de tocht naar beneden aangevat. Prachtig eiland, maar ik zou er toch niet willen wonen…


Uroseilanden, écht van riet!
Taquile, een paradijseiland! 

Het meest sublieme aan dit laatste eiland was de klederdracht: hier kon je aan afleiden of een vrouw/man getrouwd of single was. Rood en zwart bij een vrouw wilt zeggen getrouwd. Felle kleuren is single. Bij een man? Kijken naar de muts die hij op heeft. Is deze wit? Single! Gekleurd? Getrouwd! Zelfs de kindjes liepen met mutsjes rond en allemaal in zwarte broek en wit hemd. Traditioneel, toch super om te zien!

Een getrouwde man en vrouw!

De laatste avond in Puno werd afgesloten met een typisch Peruaanse optocht. Het was de verjaardag van de universiteit, dus dat moest gevierd worden zoals ze enkel in Puno doen. Aalst carnaval is er niets mee vergeleken. Eén woord: súbliem om te zien! Dansend, sjakend en 100% genietend! Zie je ons in Leuven al zo trots rondlopen? 



Sinds deze ochtend ben ik verkouden en staat mijn hoofd op barsten. Ziek zijn op deze hoogte is geen lachtertje, dat kan ik je zeggen. Maar we blijven doorzetten. Nu zijn we onderweg naar Cuzco en dus naar Machu Picchu!

De volgende update gebeurt deze zondag. Dan vertrekt Erwin terug naar huis en heb ik een heel aantal uren op de luchthaven om op te vullen. Dus alle resterende updates: dit weekend! 

donderdag 12 september 2013

Proud owner of...

Zo trots ben ik erop dat ik het zelfs speciaal op mijn blog zet: mijn nieuwe hoed! Gisteren gekocht voor 50 soles (oorspronkelijk 70 soles). Vooral dat afdingen vond ik wel geweldig van mijzelf, een hele prestatie! Ik kreeg zelfs veel complimenten van de andere gasten op de tour! Supertrots ben ik!

Ohja welke hoed is het? Het is een hoed die enkel gedragen wordt door de vrouwen uit de Cañon del Colca. Superhip, toch?


Cocaïna

Nee, mama en papa, ik ben geen drugsverslaafde. Als taal – en letterkundige zijn woordspelletjes wel tof. In dit geval: coca voor Ina, dus cocaina! (Daar heb ik 6uur over nagedacht in de bus, give me a break…)

In iedere gids vind je het, een waarschuwing voor hoogteziekte. Natuurlijk lees je daar altijd over, want hoé groot is de kans dat ik dit krijg? Als je een Deferme bent én Ingeborg heet, dán heb je dat gegarandeerd aan de hand! Hoofdpijn, zin tot overgeven en het gevoel dat je ieder moment door je knieën gaat zakken, dát is hoogteziekte. Meng meer als 4500 meter boven zeeniveau met een weg vol gaten en gedeeltes ‘in constructie’ en je bent officieel ziek! Ohja, Beringen ligt op 43 meter hoogte, kwestie van een vergelijking te maken.

Dé oplossing? De gids zei ons tijdens de tour twee remedies: minstens 2 liter water drinken per dag (1 liter per 1000 meter stijgen) en het cocabladeren. Coca? Dit is een remedie die alle Peruanen gebruiken, dus wie ben ik om daar nee tegen te zeggen? Volgens de gids was het kauwen op cocabladeren dé oplossing bij uitstek. Mengeling van bladen en een soort van samengedrukt as en maar kauwen. Enkel voor de diehards, want dit is walgelijk…

De cocobladeren

Weet niet of je het echt ziet, maar op mijn benen liggen de cocobladeren en de as. Deze moest je oprollen en dan maar eten!



Ondertussen heb ik cocasnoepjes gevonden, die toch iets meer mijn ding zijn. Nog meer brol die ik iedere dag in mijn handtas moet meeslepen, de nadelen van vrouw in Peru te zijn?


zondag 8 september 2013

Chili, my heart is yours!

Er is weer een weekje voorbij en na klachten van een genaamde Charlotte Diels dat ik te weinig op mijn blog zette, maak ik vanavond speciaal tijd voor een update. Dus Charlie: here goes nothing!

La Serena:

Op aanraden van Michèle zijn we richting hostal Casa Maria getrokken! Vriendelijke mensen die meteen de moeite deden om een plan op te stellen voor een daguitstap.Dus dag 1 zijn we richting de Elqui-vallei getrokken, een práchtige vallei waarin we op ons eigen houtje kilometers hebben gewandeld. Allereerst zijn we naar Pisco Elqui geweest, hebben we tussen de druivenranken gewandeld, genoten van de landschappen. 


Vanuit Pisco Elqui zijn we naar Monte Grande gewandeld om dan hier de micro te nemen richting Vicuña, waar we een Piscobrouwerij hebben bezocht, Capel, een brouwerij die meer als 60% van de piscohandel in Chili in handen heeft. Het leukste gedeelte? Het proeven! Met 40% alcohol, straffe toebak, dus niet echt mijn ding (maar dat van Erwin ook niet)



De dag erna zijn we richting Islas Damas getrokken, een eiland midden in de oceaan waar je allerlei speciale dieren terugvindt. De boottocht naar daar was al een avontuur omdat je zeiknat werd, eenmaal bij het eiland aangekomen, waren de dieren bijzonder klein en soms moeilijk te zien, maar wel mooi eenmaal je ze gevonden had! Vooral de Humboldt-pinguin, hét dier van dat eiland, is een pinguin die innieminnieklein is, dus je moest goéd opletten! Oh, het leukste aan dit eiland? We zijn speciaal van de route afgeweken om een groep dolfijnen te zien zwemmen, vlak langs de boot! Super!


Om het verblijf in La Serena goed af te sluiten, hebben we nog zelf sandalen/sletsen gemaakt bij Pancho. Echt supertof om te doen en een gewéldig resultaat! Al zeg ik het zelf! 


San Pedro de Atacama

Hier zijn we in het totaal 5 dagen geweest. We zijn 's ochtends aangekomen met de bus en zelfs in die bus had ik al de indruk dat we écht in de woestijn zaten. Dat klinkt heel dom gezien het feit dat San Pedro de 2e grootste woestijn ter wereld is, maar toch: huisjes uit leem, geen enkel huis met een tweede verdieping, een klein dorp dat in de middle of nowhere lag, een dorp waar tegenover Koersel een stad is ipv een dorp.

5 dagen om de toerist uit te hangen, 5 dagen om een woestijn te verkennen. Ik dacht in het begin: zot, 5 dagen, wat ga ik nu 5 dagen naar zand kijken? Naderhand bleek dat ik in die 5 dagen bijna géén zand heb gezien, enkel bergen en maanlandschappen. 

Dag 1: Laguna cejar, een zoutlagune waar de hoeveelheid zout in het water zo hoog is dat je blijft drijven. Met een temperatuur van 6° offerde ik mij op om de foto's te trekken van Erwin die wél in het water ging. Ijskoud, maar hij dreef effectief!



Ik stond op de rand om een foto te nemen, in het lichte gedeelte. Ik vroeg mij al de hele tijd af wat het donkere gedeelte betekende, hoe diep dat nu effectief was. Een normaal persoon denkt: een 20tal meter? De gids zei mij naderhand: meer als 1000 meter! Hij zei het bewust naderhand omdat er anders niemand zou ingaan. Slim gezien!


Dag 2:

Huur eens een mountainbike in een berglandschap, moet je toch gedaan hebben. Ze zeiden mij dat de catarpe-route gemakkelijk was en gemakkelijk gedaan kon worden in een tweetal uren. Ik zeg nu: dat is één grote leugen! Afgezien heb ik daar, vooral dan omwille van het kleine zadel (poep deed écht pijn!), maar ook omwille van de heuveltjes, het ongelooflijk koude water van de beekjes waar je door moest. Vlak was dat landschap absoluut niét. Erwin heb ik vervloekt (ocharme die jongen...), maar ben heel terug in de hostel aangekomen (met wel pijn aan de poep, amai nog niet!)



Namiddag gingen we met een tour naar de Valle de la Luna en Valle de la Muerte. Deze eerste is ronduit het mooiste landschap dat ik in heel mijn leven heb gezien. Echt een landschap dat lijkt op dat van de maan! Ongelooflijk mooi! Zand vs wit landschap? Klinkt raar? Is het niet: deze vallei ligt in het midden van de zoutvlakte, dus het witte is puur zout!




Dag 3:

Opstaan om half 4, zeg nu nog eens dat we geen moeite doen! Om 4uur kwamen ze ons uithalen om naar de geisers del Tatio te gaan, geisers die je het beste vroeg kan bezoeken, écht vroeg. Pokkekoud (-10°), maar wel de moeite waard! Je kon je ook baden in de thermale baden, die iets verder lagen. Opnieuw was Erwin de diehard die dit deed, ik maakte de foto's! Hij genoot (vooral in het bad, het uitstappen was bijzonder koud!)



Dag 4:
Las piedras rojas en enkele lagunes, dat stond er de hele dag op het programma, samen met gids Pablo. Geschift is die gast, op vele vlakken, maar vooral op gebied van vrouwen en rijstijl. De hele tijd maar flirten en los 140 rijden op een weg waar je 90 mag. Typisch Chileens zeker?

De rode stenen, deze zijn vulkanische stenen die door oxidatie rood worden. In het begin dacht ik, damn, heb ik hier deze hoogte voor moeten trotseren (4200 meter), maar na een eindje wandelen bleek het écht wel mooi te zijn. De lagune was bevroren en dus kon er op het ijs gestaan worden, mooi voor de foto's! Je bent een toerist of niet hé!


 Oh ja, aan het einde van de dag zijn we gestopt in een klein dorpje waar een vrouw enkele lama's had (in haar achtertuin, ocharm die beesten...). Gespuwd hebben ze niét, zelfs niet toen ik ze eten gaf! Stiekem was ik daar wel blij om!


Dag 5:
Valle del Arcoiris, eigenlijk vooral omdat we nog 1 dag moesten opgevuld hebben. Een groene berg, dat is eens iets anders!

Een groene berg! Koper noemen ze dat!


Die dag hebben we de bus genomen richting Arica, waar we nu zijn. Algemene conclusie van Atacama? Ongelooflijk mooi! Een variatie aan landschappen, uitzichten die je niet verwacht. Dat in combinatie met een aangenaam zonnetje maakt de woestijn dé place 2 be in winter!

Arica:
1 woord: saai... Mensen hadden mij dat aangeraden, maar waarom ze dat gedaan hebben, geen enkel idee. We zijn hier aangekomen na een vermoeiende nachtbus (om 06.15 waren we in de busterminal).We zijn hier twee dagen geweest en zelfs na 1 dag had ik het al gezien.

De eerste dag hebben we gesurfd. Jojo, de leraar, had vooral Erwin helemaal overtuigd en ik dacht van: waarom ook niet. Dus wij gaan surfen van de ene minuut op de andere. Het gedeelte 'ik lig op de plank' is easy, het gedeelte van er recht op te staan, is een heel ander paar mouwen... Een les die lang duurde en die veel spierkracht vergde, een les die heel goed liep tot Jojo ineens besliste mijn rug te kraken. Deel twee heb ik dus omwille van pijnscheuten in mijn rug moeten missen. Maar Erwin stond er wel, récht en al! Eén ding is wel zeker: nu snap ik waarom dat allemaal sixpack gasten zijn, spiéren dat je daarvoor nodig hebt.

De dag erna besloten we de stad te verkennen, maar veel verkennen was daar niet aan. We hebben een museum gedaan, een museum dat een tentoonstelling had over de Chinchorros. Als romanist boeit mij dat natuurlijk! Het leukste eraan was het volgende: de Chinchorros hadden meer als 5 manieren om mensen te begraven. De meest gebruikte was dat ze het hele lichaam uit elkaar haalden, de ingewanden schoonmaakten, de botten versterkten met takken, alles terug aan elkaar naaiden, balsemden en dan begraven. Toch diehard versie van een begrafenis?

Dit hoopje? Een menselijke mummie!

Vanaf vandaag is het officieel: adios Chile... Doet wel pijn na zoveel tijd, maar ook in Peru gaan we daar een geweldige tijd van maken! Dus vamos!